Spreken in tongen
Sinds de eerste Pinksterdag maakt het 'spreken in tongen' nog altijd de tongen los. Onder inspiratie van de Heilige Geest spraken de discipelen van Jezus een taal die ze zelf niet kenden, maar die door omstanders werd verstaan. Verbazing alom.
Verbazing ook bij journalist John Sherrill, toen hij erachter kwam dat er nu nog christenen zijn die 'in tongen' spreken. Duizenden, misschien wel miljoenen. En ze beweren dat het een teken is van de vervulling met de Heilige Geest.
Sceptisch
Sherrill was sceptisch, bestudeerde de Bijbel, sprak met predikanten en professoren, interviewde mensen die 'in tongen' konden spreken en maakte geluidsopnamen van 'tongen'. Dit alles om erachter te komen of het verschijnsel bijbels was.
Wat hem meeviel, was dat de 'tongensprekers' zo nuchter waren. Geen spoor van extase of dwang bij het spreken 'in tongen'. De 'tong' was voor hen een gebedstaal.
Door hun blijdschap en levende geloof - alsof ze God en Christus persoonlijk kenden - kreeg Sherrill zelfs de neiging zijn journalistieke afstandelijkheid te laten varen.